De jonge Ann is lid van een strenge kerkgemeenschap die homoseksualiteit verbiedt. Als Ann gevoelens krijgt voor een jeugdvriendin wordt ze, zogenaamd op bevel van de dominee en van God, door een medelid van de kerkgemeenschap verkracht. Barba voert aan dat het Eerste Amendement een persoon niet het recht geeft om de wet te overtreden.